De budgetten voor Onroerend Erfgoed zijn in Vlaanderen momenteel ontoereikend zodat er wachtlijsten ontstaan voor de onderhoudspremies.

 De toekenning en vastlegging van de door de gemeente Kasterlee aangevraagde onderhoudspremie voor Keeses molen was daarom erg onwaarschijnlijk. Het zag ernaar uit dat ook dit dossier op de wachtlijst zou terechtkomen in afwachting van bijkomende kredieten.
 
Daarom trok burgemeester en Vlaams volksvertegenwoordiger Ward Kennes bij de bevoegde politieke en administratieve instanties stevig aan de alarmbel. De werken aan de molen zijn immers zeer dringendheid; de molen moet van de staak worden gehaald omdat de kruisbalk is aangetast en de molen instabiel is geworden. In tegenstelling tot bij restauratiepremies wordt bij onderhoudspremies het criterium hoogdringendheid eigenlijk niet gehanteerd.

Maar Kennes’ argumenten blijken toch voldoende doorslaggevend te zijn geweest want zopas viel bij het gemeentebestuur de brief in de bus dat aan de gemeente Kasterlee een onderhoudspremie van 29.400 euro wordt toegekend voor Keeses molen.